Het programma omvat 2 onderdelen:
- 4a. De zorg van de gemeente voor milieu en duurzaamheid;
- 4b. De transitie naar een fossiel vrije en klimaatneutrale energievoorziening.
4a. Milieu en duurzaamheid
Anno 2023 staan we voor grote duurzaamheidsopgaven: de aarde warmt op, de biodiversiteit neemt drastisch af en de leefomgeving van mensen overal ter wereld staat onder druk. Dit is grotendeels het gevolg van menselijk gedrag en de hoeveelheid grondstoffen die we gebruiken voor producten, diensten energie en voeding – de milieudruk die daarmee gepaard gaat over schrijdt stelselmatig de grenzen van wat de aarde aankan.
Het programma Milieu & Duurzaamheid heeft zich daarom ook in de afgelopen jaren ontwikkeld van een -traditionele - sectorale bescherming van het milieu naar een meer integrale bescherming. Vanuit de traditionele milieuaspecten zoals bodem, geluid, lucht, geur, trillingen, energieverbruik, veiligheid en natuur, naar een uitgebreider en integraal advies op het gebied van “duurzaamheid”. Dit begrip is niet meer weg te denken in het programma en het gemeentelijk beleid.
Een belangrijk aspect dat steeds meer aandacht krijgt is hoe we ervoor kunnen zorgen dat ons land bij geopolitieke verschuivingen minder afhankelijk is van andere landen voor de levering van grondstoffen. Daarvoor is de omslag naar een 'circulaire economie' nodig. Hierbij gaat het erom om via het grondstoffengebruik bij te dragen aan de klimaatopgave, de biodiversiteitsopgave, het creëren van een schoon milieu en een veilige en schone leefomgeving en het bijdragen aan de leveringszekerheid van grondstoffen. In een circulaire economie zijn vrijwel alleen herbruikbare primaire, secundaire en duurzame biogrondstoffen in omloop. Producten worden binnen gesloten kringlopen geproduceerd, gedistribueerd en geconsumeerd. Zodoende wordt de waarde van grondstoffen, materialen en producten zo lang mogelijk behouden, waardoor er bijna geen afval meer is.
Een goede ontwikkeling is dat wij - steeds meer en in een eerder stadium – worden betrokken bij de verschillende plannen, gebiedsontwikkelingen en ambities. De centrale vraag daarbij is – naast advies over de bescherming tegen de milieugevolgen, ook vaak “hoe kunnen we ervoor zorgen dat dit plan duurzamer kan”? Wat zijn de juridische (on) mogelijkheden, hoe kunnen we inwoners, bedrijven en ontwikkelaars stimuleren om te kiezen voor duurzamere alternatieven, zonder dat we ze belemmeren en te veel regels opleggen? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat initiatieven “groener” kunnen? Er wordt van ons verwacht dat we samen met de verschillende vakafdelingen (groen, bouwen, beheer openbare ruimte, economie, mobiliteit, klimaatadaptatie, om er maar paar te noemen) invulling geven aan wat er nu wordt verstaan onder “duurzaam” en “circulair”. Op de verschillende terreinen gebeurt er onder de noemer van deze begrippen al heel veel. Met de vakafdelingen werken we in 2024 naar een verdere uitwerking van het op te stellen/opgestelde "duurzaamheidskader".
Dit alles doen we in samenwerking met veel partijen, intern en extern. We werken nauw samen met onze verbonden partijen: de Omgevingsdienst IJsselland en Circulus. Daarnaast voeren we ook werkzaamheden uit in samenwerking met de Stichting Ulebelt, het Duurzaamheidscentrum, vrijwilligers en bedrijven.
4b. Energietransitie
Het programma omvat de overgang naar een toekomstbestendige, fossielvrije en klimaatneutrale energievoorziening in Deventer. De belangrijkste onderdelen in deze transitie zijn het verlagen van het fossiele energieverbruik en het vergroten van de lokale duurzame opwek van energie. Hiermee wordt de CO2-uitstoot door de energievoorziening gereduceerd en wordt bijgedragen aan het beperken van de klimaatverandering.
Randvoorwaardelijk voor de energietransitie is een toekomstbestendige energie-infrastructuur. Daarbij gaat het o.a. om voldoende netcapaciteit, een goede netinpassing, slim koppelen van vraag en aanbod van energie en energieopslag.
De opgave van een toekomstbestendige energievoorzieningen is breder dan alleen een klimaatthema. Het gaat ook om de beschikbaarheid, betrouwbaarheid en betaalbaarheid van de energievoorziening voor bewoners, bedrijven en mobiliteit. Daarmee is energietransitie ook een maatschappelijke en economische factor van belang. Dit geldt voor bestaande woon- en werkgebieden en nadrukkelijk ook bij nieuwe ontwikkelingen zoals nieuwbouw en de transitie in het landelijk gebied. Dat maakt dat het programma energietransitie is verweven met de andere programma’s. De doelstellingen kunnen alleen worden gerealiseerd samen met bewoners, bedrijven en onze gebiedspartners.
Betrokkenheid en participatie van bewoners en andere belanghebbenden in de energietransitie is daarmee essentieel.
De doelstellingen en activiteiten in het programma worden in grote mate bepaald door de verplichtingen uit het Klimaatakkoord, Klimaatwet en de RES West-Overijssel. Deze worden in de Deventer context en in samenhang met andere opgaven opgepakt. Dit is uitgewerkt in het Energieplan Deventer die in 2023 is geactualiseerd maar kon nog niet worden verwerkt in deze begroting.
Meer informatie
Actuele beleidscontext
Actuele beleidscontext
4a. Milieu en Duurzaamheid
Het programma Milieu & Duurzaamheid heeft zich de afgelopen jaren ontwikkeld van een -traditionele - sectorale bescherming van het milieu naar een meer integrale bescherming. Vanuit de traditionele milieuaspecten zoals bodem, geluid, lucht, geur, trillingen, energieverbruik, veiligheid en natuur, naar een uitgebreider en integraal advies op het gebied van “duurzaamheid”. Dit begrip is niet meer weg te denken in het programma en het gemeentelijk beleid.
Een goede ontwikkeling is dat wij - in steeds meer en in een eerder stadium – worden betrokken bij de verschillende plannen, gebiedsontwikkelingen en ambities. De centrale vraag daarbij is – naast advies over de bescherming tegen de milieugevolgen, ook vaak “hoe kunnen we ervoor zorgen dat dit plan duurzamer kan”? Wat zijn de juridische (on) mogelijkheden, hoe kunnen we inwoners, bedrijven en ontwikkelaars stimuleren om te kiezen voor duurzamere alternatieven, zonder dat we ze belemmeren en te veel regels opleggen? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat initiatieven “groener” kunnen? Er wordt van ons verwacht dat we samen met de verschillende vakafdelingen (groen, beheer openbare ruimte, mobiliteit, klimaatadaptatie, om er maar een paar te noemen) invulling geven aan wat er nu wordt verstaan onder “duurzaam” en “circulair”. Op de verschillende terreinen gebeurt er onder de noemer van deze begrippen al heel veel.
Dit doen we in samenwerking met veel partijen, intern en extern. We werken nauw samen met onze verbonden partijen: de Omgevingsdienst IJsselland en Circulus. Daarnaast voeren we werkzaamheden uit in samenwerking met de Stichting Ulebelt, het Duurzaamheidscentrum, vrijwilligers en bedrijven.
Sinds 2016 is Deventer een Global Goals Gemeente. De 17 Sustainable Development Goals zijn enorm belangrijk voor klimaat en maatschappij. Daarnaast bieden ze kansen voor innovatie van bestaande en nieuwe business. Volgens internationaal onderzoek zorgen de Global Goals wereldwijd voor een economische groei van mogelijk 30 biljoen euro en 380 miljoen nieuwe banen (onderzoek Better Business, Better World). De Global Goals dragen bij aan de verdere groei en (inter)nationale profilering van Deventer. Deventer wordt van oudsher gekenmerkt door een open houding naar de wereld om haar heen. Vanuit die houding heeft Deventer zich gecommitteerd aan de 17 Global Goals. Toen de VN in 2015 de 17 Global Goals vaststelden, werden deze direct geadopteerd door alle lidstaten. En de reden is helder: waar de eerdere Milleniumdoelen nog vooral gericht waren op ontwikkelingslanden, zijn de Global Goals belangrijk voor de hele wereld, dus ook voor Deventer. Ontwikkelingen met betrekking tot de Global Goals zijn te volgen via www.deventer4globalgoals.nl
Het is helder dat er een omslag nodig is naar een "circulaire economie'. Hierbij gaat het erom om via het grondstoffengebruik bij te dragen aan de klimaatopgave, de biodiversiteitsopgave, het creëren van een schoon milieu en een veilige en schone leefomgeving en het bijdragen aan de leveringszekerheid van grondstoffen. In een circulaire economie zijn vrijwel alleen herbruikbare primaire, secundaire en duurzame biogrondstoffen in omloop. Producten worden binnen gesloten kringlopen geproduceerd, gedistribueerd en geconsumeerd. Zodoende wordt de waarde van grondstoffen, materialen en producten zo lang mogelijk behouden. De Rijksdoelstellingen circulariteit: 50% in 2030 en 100% in 2050 worden steeds concreter, hier sluit de gemeente Deventer bij aan.
Klimaatdoelstellingen
In 2015 is het mondiale klimaatakkoord van Parijs gesloten. Daarin hebben landen afgesproken de wereldwijde temperatuurstijging in ieder geval onder de
2 oC te houden en bij voorkeur onder de 1,5 oC. Het akkoord moet door de landen in nationaal beleid en wetgeving worden vertaald.
In 2019 is het nationale Klimaatakkoord vastgesteld en zijn de klimaatdoelen vastgelegd in de Klimaatwet. Met het regeerakkoord (2021) zijn de doelstellingen bekrachtigd (en deels aangescherpt).
Doelen CO2-Reductie
- 2030: 55% reductie CO2-uitstoot (ten opzichte van 1990)
- 2050: 95% reductie CO2-uitstoot (ten opzichte van 1990)
- 2050: 100% CO2-neutrale elektriciteitsvoorziening
Doelen aardgasvrij
- 2030: 20% bestaande woningen aardgasvrij (ca. 10.000 woningen in Deventer)
- 2050: 100% bestaande woningen aardgasvrij
Regionale Energiestrategie (grootschalige opwek en bovenlokale warmte)
Als uitvloeisel van het Klimaatakkoord zijn in 30 regio’s in Nederland Regionale Energiestrategieën (RES) opgesteld. De RES gaat voornamelijk in op grootschalige opwek van elektriciteit met grote zonnedaken, zonneparken en windenergie en (voor zover van toepassing) op de verdeling van bovenlokale warmtebronnen. De RES-en zijn onderdeel van een totaalpakket aan maatregelen dat nodig is om de klimaatdoelen te realiseren.
Deventer valt binnen de RES West Overijssel. Het Deventer RES-bod (door raad vastgesteld juli 2021) bedraagt 212 GWh aan grootschalige opwek. Dit dient uiterlijk in 2030 gerealiseerd te zijn en in 2025 moeten de benodigde vergunningen zijn verstrekt. Er zijn in Deventer geen bovenlokale warmtebronnen.
De RES wordt iedere 2 jaar geactualiseerd waarbij nieuwe inzichten en (technologische) ontwikkelingen kunnen worden meegenomen. In de RES 2.0 moet het Deventer-bod nader worden geconcretiseerd (verdeling zon-wind en concrete zoeklocaties). De RES 2.0 wordt in 2024 vastgesteld.
Transitievisie Warmte (aardgasvrij wonen en energiebesparing)
Een andere opdracht uit het Klimaatakkoord is dat iedere gemeente een Transitievisie Warmte (TVW) opstelt. In de TVW wordt per wijk/dorp weergegeven wat het beste en meest passende alternatief voor aardgas is (energetisch, technisch en economisch) en of de overgang in het betreffende gebied voor of na 2030 is voorzien. De TVW voor Deventer is vastgesteld in februari 2021 en geactualiseerd in juni 2023.
De concrete uitwerking van de TVW per buurt vindt plaats in Wijk Uitvoeringsplannen (WUP’s). De WUP's voor Zandweerd en Bathmen zijn inmiddels vastgesteld en in uitvoering. De realisatie van het Slim Warmtenet Zandweerd is onderdeel van het WUP Zandweerd.
Bij het opstellen van de WUP’s wordt een wijkaanpak gehanteerd. Daarbij worden de bewoners en de andere partners in de betreffende buurt nadrukkelijk betrokken en worden koppelkansen (verduurzaming woningbezit corporaties, sociaal, klimaatadoptie, ruimtelijke kwaliteit, MJOP, etc.) zoveel mogelijk benut. Jaarlijks willen wij twee nieuwe WUP-trajecten opstarten.
Het realiseren van het Slim Warmtenet Zandweerd, nieuwe collectieve warmte projecten (waaronder opschaling van de productie van groen gas) en het verduurzamen van de bestaande aardgas gestookte warmtenetten is onderdeel van de warmtetransitie.
Faciliteren bewoners, betaalbaarheid en energiearmoede
In de energietransitie wordt veel gevraagd van bewoners, bedrijven en organisaties. De gemeente heeft hierbij een belangrijke faciliterende rol. Naast beschikbare regelingen vanuit o.a. het rijk en de provincie ontwikkelen wij aanvullend instrumentarium en specifieke regelingen om bewoners te helpen stappen te maken om fossielvrij en betaalbaar te wonen. Speciale aandacht gaat daarbij uit naar de aanpak van energiearmoede door het structureel verduurzamen van energie-onzuinige woningen. Dit wordt in afstemming met Werk en Inkomen opgepakt.
Met bijvoorbeeld Deventer Help Isoleren en het Duurzaamheidskrediet Deventer worden instrumenten en een werkwijze ontwikkelt die we breed in de wijkaanpakken kunnen inzetten.
Toekomstbestendige netinfrastructuur
In Deventer is nu in het noordelijke gedeelte van de gemeente, grenzend aan Raalte, netcongestie voor zowel de afname als teruglevering van elektriciteit gemeld door Enexis. Dit geldt ook voor het A1 Bedrijvenpark. Voor de rest van Deventer geldt een netcongestie voor teruglevering. Om de levering en teruglevering van elektriciteit goed te kunnen faciliteren moet de capaciteit van het elektriciteitsnetwerk (van hoogspanningsnet tot en met de wijken) structureel worden uitgebreid. De netbeheerders Tennet, Enexis en Liander zijn hiervoor verantwoordelijk. In overleg met de netbeheerders wordt daarbij zoveel mogelijk aangesloten bij de ruimtelijke ontwikkeling in Deventer.
In een toekomstbestendige energievoorzieningen is naast voldoende netcapaciteit “slimme” netinfrastructuur essentieel. Daarmee kan worden gestuurd op vraag en aanbod, opslag en toepassing van alternatieve energiebronnen en -dragers. Dit vraagt om samenwerking tussen grote energiegebruikers en -opwekkers waarbij (elektrische) mobiliteit hierin een belangrijke rol speelt. Samen met onder andere het Deventer Economisch Perspectief (DEP) werken we aan twee energie HUB’s op bedrijventerreinen.
Uitgangspunten bij de realisatie
- We werken samen met gebiedspartners (o.a. woningcorporaties, maatschappelijke organisaties, waterschap, nutsbedrijven).
- We werken samen met bewoners, bedrijven en organisaties en passen zoveel mogelijk een wijkgerichte/gebiedsgerichte aanpak toe.
- We zoeken actief naar synergie met andere programma’s en ontwikkelingen.
- We combineren beschikbare middelen en regelingen om meer impact te realiseren.
Rijksbijdrage en dekking
Omdat vanuit het Klimaatakkoord een stevige regierol bij gemeenten is neergelegd worden zijn er ook extra rijksmiddelen aan de gemeenten toegekend om de klimaatdoelstellingen te kunnen realiseren. Voor 2023 was er €1,7 miljoen beschikbaar. Voor de daarop volgende jaren zal dit bedrag geleidelijk toenemen. Dit heeft vooral te maken met de toenemende uitvoeringskosten van de wijkuitvoeringsplannen met als doel de bestaande woningsvoorraad te verduurzamen. Of de gemeentelijke bijdrage aangevuld met de bovengenoemde rijksbijdrage voldoende dekking voor de noodzakelijke capaciteitsinzet om invulling te geven aan het klimaatakkoord en het bestuursakkoord is afhankelijk van de keuzes die worden gemaakt in het Deventer Energieplan. Deze wordt naar verwachting eind 2023 aangeboden aan de raad.
Doelstelling - B: Meten en monitoren
Meten en monitoren resultaten van het Energieplan, klimaatambities en de hoeveelheid bespaarde CO2-uitstoot.
Relatie met strategisch doel
Prestaties
Doelstelling - B: Informeren en samenwerken met bewoners en bedrijven/organisaties
Informeren van en samenwerken met bewoners en bedrijven/organisaties bij het vormgeven en invullen van de energietransitie in Deventer. Dit draagt bij aan een gevoelde gezamenlijke verantwoordelijkheid en goede democratische besluitvorming ten aanzien van de energietransitie.
Relatie met strategisch doel
Een duurzame toekomst
Prestaties
Doelstelling - A: Doorgaande verbetering duurzaamheid en het verminderen van milieugevolgen - Sustainable Development Goal 11: duurzame steden
Doorgaande verbetering van duurzaamheid in de hele gemeente. Duurzaamheid speelt op allerlei terreinen; bij groen- en waterstructuren, bouwen, mobiliteit, binnen de maak- en kenniseconomie, bedrijventerreinen, binnen droge en natte ecologische verbindingszones.
Relatie met strategisch doel
Een duurzame toekomst
Prestaties
Doelstelling - A: Gezonde leefbare toekomstbestendige stad - Sustainable Development Goal 9: duurzame industrie
Het doel van de huidige milieuregelgeving is het terugdringen van de milieugevolgen, met name op de aspecten geluid, luchtkwaliteit, geuroverlast, bodemverontreinigng en energiegebruik. Vaak is deze bescherming nog sectoraal, maar we werken naar een steeds meer integrale bescherming, die vanaf 1 januari 2024 wettelijk is vastgelegd in de nieuwe Omgevingswet. Het begrip omgevingswaarde speelt een belangrijke rol in de Omgevingswet, die doorvertaald moeten worden in de Omgevingsvisie. Vooruitlopen hierop brengen we beleid en waarden in kaart. Door de integraliteit gaat het om het afwegen van alle belangen en waarden die in de fysieke leefomgeving een rol spelen, het gaat over de wijze waarop we al die belangen laten meewegen in het proces. Het gaat over duurzame, ecologische, ruimtelijke, economische, sociale, financiële, klimaat, of energietransitie belangen. Hoe zorgen we er met elkaar voor dat al deze – tegenstrijdige - belangen voldoende tot zijn recht komen. En hoe zorgen we ervoor dat we hierin initiatieven van bewoners en bedrijven voldoende kunnen ondersteunen.
Relatie met strategisch doel
Een duurzame toekomst
Prestaties
Doelstelling - A: Zorgvuldig omgaan met grondstoffen, circulariteit bevorderen - Sustainable Development Goal 12: verantwoorde consumptie
Er is steeds meer noodzaak aanwezig om zorgvuldiger om te gaan met grondstoffen. Veel grondstoffen zijn kostbaar en – uiteindelijk – schaars. De gestelde doelstellingen zijn om 50% circulair te zijn in 2030 en om volledig (100%) circulair te zijn in 2050. We dienen de transitie naar een circulaire samenleving te versnellen. Het gaat om het op- en ombouwen naar een circulaire economie.
Relatie met strategisch doel
Een duurzame toekomst
Prestaties
Doelstelling - A: Biodiversiteit en ecologie - Sustainable Development Goal 15: leven op het land
De maatschappelijke roep om het behoud en herstel van biodiversiteit groeit. De inwoners van gemeente Deventer verwachten dat hier meer aandacht aangegeven wordt. Dit maakt dat het nodig is om de waardevolle gebieden goed in kaart te hebben en te beheren. Daarbij dient een beleidskader en waarden vastgesteld te worden voor gezonde ecosystemen en biodiversiteit. Er is een steeds grotere vraag naar de inzet van de functie van de stadsecoloog, hiervoor is de formatieruimte in 2023 uitgebreid met een 2e ecoloog.
Relatie met strategisch doel
Prestaties
Doelstelling - B: Bewoners helpen hun woning te verduurzamen
Bewoners helpen hun woning te verduurzamen: besparen gebruik (fossiele) energie, duurzaam verwarmen, zelf energie opwekken. De betaalbaarheid van de energierekening/woonlasten is belangrijk aandachtpunt. Dit draagt bij aan de CO2-reductie doelstellingen en een toekomstbestendige betaalbare energievoorziening.
Relatie met strategisch doel
Een duurzame toekomst
Prestaties
Doelstelling - B: Energieverbruik en - voorziening bedrijventerreinen
Bedrijven helpen om hun gebouwen en bedrijfsvoering te verduurzamen: besparen gebruik (fossiele) energie, duurzaam verwarmen, zelf energie opwekken. Samenwerken tussen bedrijven voor realisatie en uitwisseling van energie is belangrijk aandachtspunt. Dit draagt bij aan de CO2-reductie doelstellingen en een toekomstbestendige betrouwbare energievoorziening voor bedrijven.
Relatie met strategisch doel
Een duurzame toekomst
Prestaties
Doelstelling - B: Langetermijnstrategie grootschalige opwek duurzame energie
Een langetermijnstrategie voor de grootschalige opwek van duurzame elektriciteit en alternatieve bronnen voor aardgas. Dit draagt bij aan lokale productie en gebruik van duurzame energie en daarmee aan de CO2-reductie doelstellingen.
Relatie met strategisch doel
Een duurzame toekomst
Prestaties
Beleidsindicatoren
Nummer | Taakveld | Naam | Toelichting | Bron | |||||
33 | Volksgezondheid en milieu | Omvang huishoudelijk restafval | Kg/inwoner | CBS | |||||
Jaar | 2023 | 2022 | 2021 | 2020 | |||||
Waarde | 78 | 78 | 73 | 78 | |||||
Nummer | Taakveld | Naam | Toelichting | Bron | |||||
34 | Volksgezondheid en milieu | Hernieuwbare elektriciteit | % | RWS | |||||
Jaar | 2023 | 2022 | 2021 | 2020 | |||||
Waarde | 12,90 | 10,70 | 7,40 | 5,10 |
(bedragen x €1.000)
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | |
Lasten | 24.014 | 21.988 | 21.067 | 20.433 | 20.178 |
Baten | 18.593 | 16.535 | 17.487 | 17.086 | 16.978 |
Saldo exclusief reserves | -5.421 | -5.454 | -3.580 | -3.347 | -3.201 |
Storting in reserves | 70 | 22 | 23 | 24 | 25 |
Putting uit reserves | 1.420 | 1.334 | 1 | 1 | 1 |
Saldo reserves (taakveld Mutaties reserves) | 1.351 | 1.312 | -22 | -23 | -24 |
Saldo inclusief reserves | -4.070 | -4.141 | -3.603 | -3.370 | -3.224 |
De wijziging van het saldo inclusief reserves met €71.000 in 2024 ten opzichte van 2023 is als volgt te verklaren:
Duurzaamheid
Duurzaamheid laat in 2024 een daling van het saldo (€710.000) zien ten opzichte van 2023. Dit is ontstaan als gevolg van eenmalige budgetten in 2023 die niet zijn begroot in 2024 waardoor ze zorgen voor een daling van het saldo. Dit betreft:
- Wijkuitvoeringsplan Bathmen €280.000;
- Wijkuitvoeringsplan De Worp €120.000;
- Groen Gas Bathmen €52.000;
- Energieplan €100.000;
- Maatschappelijke dialoog €105.000;
- Soorten Management Plan €80.000;
- Klusbrigade energie en klimaat €30.000.
Daarnaast is de loon- en prijsindex in 2024 gestegen met €60.000.
Milieu
Het begrotingssaldo 2024 voor het programma onderdeel Milieu stijgt per saldo met €781.000. Hieronder wordt dit saldo grotendeels verklaart:
- als gevolg van prijs- en loonontwikkeling stijgen de lasten met €113.000;
- de bijdrage in de begroting 2024 van de Omgevingsdienst IJsseland stijgt met €127.000;
- bij de voorjaarsnota 2023 zijn er voor €550.000 middelen beschikbaar gesteld voor de begroting 2024, voor ondergrondse verkabeling (€356.000) en uitbreiding personele capaciteit (194.000);
- in 2023 zijn er incidentele middelen beschikbaar gesteld voor €280.000; onder andere voor de interim manager Stichting de Ulebelt (€125.000)
- in 2023 zijn er subsidies ontvangen (€120.000) ten behoeve van de uitvoering van houtstook en zero emissie. Deze baten vervallen in 2024.
(bedragen x €1.000)
Milieu en Duurzaamheid | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
Afval | 1.513 | 925 | 1.968 | 2.068 | 2.118 |
Inkomensregelingen | -903 | -750 | -750 | -750 | -750 |
Milieubeheer | -6.041 | -5.637 | -4.807 | -4.674 | -4.577 |
Treasury | 10 | 8 | 8 | 8 | 8 |
Saldo exclusief reserves | -5.421 | -5.454 | -3.580 | -3.347 | -3.201 |
Documenten
Documentnaam | Bestandsgrootte | Openen |
Grondstoffenplan 2020-2024 | 1,2 Mb | |
Beleidsnota ecologie | 2,5 Mb | |
Gebiedsgericht Grondwaterbeheerplan | 1,7 Mb | |
Omgevingsvisie externe veiligheid 2015 | 4,7 Mb | |
Uitvoeringsagenda Duurzaamheid | 1,3 Mb | |
Energieplan Deventer | 1,1 Mb |
GR
GR Omgevingsdienst IJsselland
GR
Vestigingsplaats: | Wijhe | ||
Website: | |||
Programma: | Milieu en duurzaamheid | ||
Aard: | GR | ||
Deelnemingspercentage: | 8% | ||
Doel en openbaar belang: | Samenwerking in de regio IJsselland op het terrein van vergunningverlening, toezicht houden en handhaving van de milieuwetgeving. | ||
Financieel risico: | De Omgevingsdienst IJsselland maakt een ontwikkeling door: van pionieren naar professionaliseren. Een belangrijk deel van deze ontwikkeling is beschreven in het programma Samen Toekomstbestendig waarin dienst en deelnemers samen optrekken in de verdere ontwikkeling van de OD. Middels deze ontwikkeling is aandacht gekomen voor een professionele bedrijfsvoering, een goede duurzame begroting, het leveren van maximale toegevoegde waarde als dienst en een professionele en efficiënte uitvoering. De uitwerking van het programma leidt tot meerdere financiële effecten welke zijn samengekomen in de begroting 2023. De ontwikkeling van de OD moet leiden tot een betere beheersing van de financiën doordat de bedrijfsvoering en de begroting op orde zijn gebracht. Een toetsing van het weerstandsvermogen heeft niet plaatsgevonden binnen het programma. | ||
Toelichting: | Het door de Omgevingsdienst IJsselland (hierna: de OD) in april 2021 gestarte Programma Samen Toekomstbestendig is nagenoeg afgerond. De kaders en uitgangspunten voor een duurzame begroting zijn vastgesteld en vormen de basis voor de begroting 2023 en de herijking van de financiering van de OD. Het vijfde en laatste spoor van het Programma Samen Toekomstbestendig, het verbeteren van de efficiency, wordt naar verwachting in 2023 afgerond. | ||
Beleidsvoornemens: | De begroting ziet op een verdere professionalisering van de Omgevingsdienst IJsselland en het rechttrekken van de scheefgroei tussen de deelnemers onderling. Door de herijkte financieringssystematiek krijgt iedere deelnemer in 2023 waarvoor het betaald heeft. Deze begroting biedt een robuuste basis voor de toekomst van de Omgevingsdienst IJsselland en de dienstverlening aan haar deelnemers. | ||
Contractwaarde 2024: | € | ||
Bijdrage GR 2024: | |||
Subsidie 2024: | |||
Dividend 2024: |
Financiele gegevens | 2022 | 2023 | 2024 |
Eigen vermogen: | €315.690 | €316.000 | €316.000 |
Vreemd vermogen: | €2.839.867 | €3.374.885 | €3.193.229 |
Resultaat: | €200.846 | €0 | €0 |
Bron: | Jaarrekening | Begroting | Begroting |
Nominale (balans)waarde aandelenkapitaal 31-12-2021: | |||
Garantie 31-12-2021: | |||
Lening 31-12-2021: |